Begin 1991 maakte Richard Heufkens een reis door China, waarmee hij voor het eerst buiten de grenzen van Europa op onderzoek uitging.
Door buitengewone omstandigheden was hij in staat om bij Chinese mensen in huis te logeren, hetgeen in principe onmogelijk was voor buitenlanders.
Nadien heeft hij zijn dagboek geschikt gemaakt voor publicatie. Het resultaat is een bijzonder persoonlijk en openhartig geschreven tijdsbeeld waarin hij zich met opzet niet heeft ingelaten met politieke problematieken om zijn volledige aandacht te kunnen richten op de mens achter de Chinees.
Door de poort van de tijd
Indrukken en ontmoetingen tijdens een
drieweeks bezoek aan de Volksrepubliek China
"Eind volgend jaar ga ik naar China."
"Echt?"
"Ja. Ik ga er twee jaar Chinees studeren. Twee Chinese vrienden
van me hebben via kennissen op de universiteit van Nanjing voor een
studieplaats gezorgd. Ik kan in hun huis wonen."
"Maar dat is fantastisch! Je gaat een tijd in China wonen. Dan
kom ik bij je op de thee."
"Je lacht, maar waarom doe je dat niet gewoon echt?"
"Dat kan toch nooit. Hoe moet ik dat betalen?"
"Je kunt bij mij slapen. In januari en februari zijn er geen lessen.
Als je dan komt, kunnen we samen eens rondkijken. Het enige wat duur
is, is de reis."
"Januari. Dat zou nog kunnen ook. In december krijg ik een dubbele
maand salaris. Ik hoop alleen dat ik vrij kan krijgen. Schitterend,
dat komt zomaar uit de lucht vallen. Ik hou het geheim totdat ik zeker
weet dat het doorgaat, als jij er al bent. Moet je je voorstellen. Heb
je zaterdagavond vrij? Nee, dan ben ik in China."